Zoals elke kleine jongen bewondert Ad Fransen zijn vader om zijn stoere verhalen maar in het geval van Ad Fransen ontdekt hij dat zijn vaders' verleden niet iets is om mee te koop te lopen.
Na het begin van de bezetting meldt zijn vader, die ook Adolf heette, zich aan bij de SS. Hiervoor krijgt hij na de Bevrijding een straf van vijf jaar opgelegd, waarvan hij de helft uit heeft moeten zitten.
Van meet af aan probeert vader Fransen de ernst van zijn bedenkelijke rol in de oorlog tegenover zijn zoon af te zwakken. Als marconist in Tsjechië had hij een rustige taak vervuld en hij had nooit een geallieerde gedood. De jonge jongen Ad Fransen gaat hier nog makkelijk in mee maar naarmate hij ouder wordt en meer vragen gaat stellen, worden de antwoorden steeds voor hem steeds onbevredigender.
Echtelijke ruzies tussen vader en moeder Fransen gaan altijd over de rol van hun wederzijdse ouders in de oorlog. In elk geval is duidelijk dat de vader uit een verknipt gezin komt. Opa en oma waren fanatieke NSB'ers die hun slaapkamer volgehangen hadden met grote portretten van de nazi-kopstukken. Ad Fransen herinnert zich vooral hoe zijn vader het altijd op bleef nemen voor zijn dweperige moeder. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de brieven die hij tussen 1946 en 1948 vanuit de gevangenis had geschreven.
"Helden lopen volgens hem niet zo te koop met hun daden."
Als Ad Fransen de studentenleeftijd bereikt, neemt hij afstand van zijn vader. Hij stopt met vragen stellen en besluit om zelf de waarheid te achterhalen. In de archieven vindt hij een uitgebreid dossier over de Fransens. De rol van zijn vader blijkt misschien iets minder onschuldig geweest te zijn dan hij hem voorgehouden heeft. Hij gaat zich steeds meer ergeren aan zijn vaders taalgebruik met typische germanismen en uitdrukkingen over Joden. Ook zijn moeder gelooft dat haar man misschien toch nog iets ernstigs verzwijgt. Ze is angstig dat hij opnieuw wordt opgepakt.
Als zijn vader een oude man is, besluit Ad Fransen hem nog een keer recht op de man af naar de waarheid te vragen. Hij neemt hem mee naar een herdenking van de Slag om Arnhem. Bij aankomst begrijpt hij meteen dat dit een ongelukkige keuze is geweest. Zijn vader neemt een uiterst cynische houding aan ten opzichte van degenen die daar in het zonnetje worden gezet. Helden lopen volgens hem niet zo te koop met hun daden. Ineens voelt Ad Fransen weer met zijn vader mee. Dan volgt een bekentenis die zijn vader altijd voor iedereen verzwegen heeft. Het is het verslag van een gebeurtenis die makkelijk gerangschikt zou kunnen worden onder een echt heldenverhaal. Maar wat is ervan waar? Misschien is het ook voor zijn vader al te lang geleden om er een eerlijke reconstructie van te maken.
Hoewel Vaderskind naar vorm de trekken heeft van memoires en een verslag van een onderzoek besluit Ad Fransen met een noot dat het boek een roman is, gebaseerd op de geschiedenis van bestaande personen.
Wil je niks missen?
Meld je aan voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze nieuwste uitgaven, de leukste acties en inspirerende evenementen.